banner
nov 20, 2025
40 Views
Reacties uitgeschakeld voor Een zwarte plek

Een zwarte plek

Written by
banner

Dinsdag 13 juni 1876. Vandenpeereboom (liberalen) 1.019 stemmen, Berten (1.214), Biebuyck (1.142) en Struye (1.068) voor de katholieken. Dat was de uitslag van de verkiezing voor de Belgische Kamer. De drie klerikalen waren verkozen. Deze dag zou als een zwarte plek aangestipt staan in de jaarboeken van onze stad. Alphonse Vandenpeereboom, de man die bij uitstek de eer en de glorie van Ieper voorstelde, werd door de werking van onze politieke geestelijkheid aan de kant geschoven. In zijn plaats had men een onbekende gekozen, iemand die nog nooit iets had bijgebracht ten voordele van wie of van wat dat ook mocht zijn. Alles was volbracht. De ondankbaarheid en de onverschilligheid hadden hun werk gedaan. De weldoener van iedereen, van liberaal of katholiek, van de stad of van den buiten werd vergeten en veracht!

De priesters die zich opgesteld hadden als zijnde de enige bekwame mensen om de samenleving te redden, hadden deze schone zaak uitgemeten! Ze hadden meinedige, valse en politieke vadermoordenaars gemaakt. Toen de uitslag bekend werd, zag men de verslagenheid op ieders gelaat. Deze aandoening maakte al vlug plaats voor een onbeschrijfelijk opgewonden gevoel.

Ongelukkig genoeg kwam hier en daar een onvoorzichtige katholiek met een uitdagend gelaat of woorden het vuur nog meer ophitsen. Het verwonderde enkele buitenkiezers dat er Ieperlingen waren die zich uitlieten tegen de valse broeders, tegen die ondankbare lieden die hun weldoener zo schandelijk verraden hadden. Hier en daar wat gefluit, vijf ruiten die sneuvelden, enkele hevige woordenwisselingen, dat was alles wat men godzijdank hier aan te stippen had. Al het geraas van de heilige Nieuwsbladen van onze stad waren onnauwkeurige om niet te zeggen leugenachtige beweringen die bedoeld waren om een gevoel van martelaars over hun volkje te verspreiden.

Burgemeester en politie hadden de plaatsen niet verlaten en met dank aan hun voorzichtige tussenkomsten was alles zogezegd vrij rustig afgelopen. De stemming die Alphonse Vandenpeereboom uit de Kamer verwijderde, zou de ondankbaren geen geluk bijbrengen en dat wisten ze goed genoeg, want velen beklaagden het zich oprecht. Wat viel er nu te doen? Moesten we de moed verliezen?

Nee, natuurlijk niet, we moesten ons organiseren om elkaar wederzijds te ondersteunen. De liberale neringdoeners moesten bij hun partijgenoten de leveringen te doen hebben en moesten de katholieken en de twijfelaars uitsluiten. Dat was hetgeen de katholieke partij eveneens deed.

…. Zondag 18 juni 1876. Op het middaguur was het gemeentebestuur op bezoek geweest bij Alphonse Vandenpeereboom waar onze burgemeester Vanheule hem toesprak. De stad Ieper die hij gedurende 28 jaren het zoveel inzet had verdedigd in de Kamer was diep getroffen geweest door zijn negatief resultaat tijdens de voorbije verkiezingen en daarbij zelf nog meer geraakt in zijn eer.

De gemeenteraad wilde nu dienen als tolk voor de grote meerderheid van de inwoners om zijn spijt uit te drukken over deze nederlaag. Hij die alle aanspraak maakte op de dankbaarheid van Ieper omwille van zijn grote bewezen diensten. De blinde stembus had er anders over beslist en nu kon hij niet langer Ieper vertegenwoordigen, deze man die al zoveel goed gedaan had voor stad en arrondissement werd nu uit de Kamer verbannen.

Na deze gemeende woorden had Alphonse Vandenpeereboom in warme en uit het hart vloeiende woorden zijn dank betuigd voor de steunbetuigingen aan zijn adres. Na de optocht van de gemeenteraad volgde er nog een andere die zoveel te meer betekenis had omdat ze op eigen beweging tot stand kwam.

Het bestuur van de koninklijke Sint-Sebastiaansgilde waarvan de heer Vandenpeereboom sinds 1842 deel van uitmaakte en waar hij sinds 1859 voorzitter van was, had gisteren besloten om vandaag bij haar beminde hoofdman in naam van de overgrote meerderheid van haar leden haar spijt en verontwaardiging te gaan uiten over de uitslag van de laatste verkiezingen. De optocht moest normaal geheim gebleven zijn bij de leden van de gilde maar die geraakte zeer spoedig bekend over de stad waarop de meeste stedelijke verenigingen besloten om die te vervoegen uit sympathie voor Vandenpeereboom.

Vanmiddag vormde zich een stoet die samengesteld was uit 1.200 à 1.500 burgers. De optocht trok statig en in stilte langs de Boterstraat naar de woonst van de gewezen volksvertegenwoordiger. Weldra vulden de ruime zalen van zijn woning zich en waren ze onvoldoende ruim om al zijn vrienden te kunnen ontvangen. Het was dan dat de stedelijke raadsheer en onderhoofdman van Sint-Sebastiaan, Eric Bouckenaere met bewogen stem een mooie voordracht te berde gaf.

Zijn kloeke en indringende woorden werden op gejuich onthaald en de kreet ‘Leve Vandenpeereboom’ dreunde vanuit de zalen tot buiten de woonst. Nadat hij zelf nog de Ieperse burgers had bedankt, gingen al de omstaanders diep bewogen één na één voorbij Vandenpeereboom terwijl ze hem allen de hand drukten, een zielroerend schouwspel. De stoet van het handendrukken duurde bijna een heel uur en pas dan ging de menigte langzaam uiteen … in afwachting van de weerwraak.

Dit is een fragment uit Boek 1830-1876 van De Grote Kroniek van Ieper

 

 

Article Categories:
1830-1876
banner