banner
dec 9, 2024
128 Views
Reacties uitgeschakeld voor Afscheid van Camiel Delaere

Afscheid van Camiel Delaere

Written by
banner

Maandag 22 oktober 1928. Raadslid Delahaye nam het woord. Hij gaf aan dat deken Delaere sinds enkele dagen Ieper had verlaten om er van een welverdiende rust te gaan genieten te midden van zijn weeskinderen. Hij wilde zijn vertrek niet onopgemerkt laten voorbijgaan zonder nog enige woorden te zeggen over die verdienstelijke en heldhaftige priester. Hij was priester op de parochie van Sint-Pieters toen de vreselijke beschieting van de stad begon. Vele leden van de gemeenteraad hadden over hem gehoord. Toch wou hij het nog even hebben over enkele bijzonderheden betreffende zijn heldhaftig gedrag tijdens die droevige tijd van november 1914 tot augustus 1915.

Met enkele moedige heren van de stad richtte hij hier een comité op met het doel om de beproefde burgerbevolking ter hulp te schieten. Nadat deken De Brouwer ziek was gevallen en in de oude arme klaren in zijn bed moest blijven, werd hij er samen met de heer Stoffel er de bezieler van. Dag en nacht was hij op de been, gekwetsten haalde hij van tussen het puin. Hij droeg de kleintjes in zijn armen naar het hospitaal, overal was hij aanwezig.
De protestantse kapitein Young beschreef priester Delaere als volgt: ‘de grootste figuur tijdens het bombardement van de ongelukkige stad Ieper was de heldhaftige pastoor Camiel Delaere.

Zijn naam dient vermeld te worden onder de ware helden van de grote oorlog. Alleen hij bleef bij het volk, troostte het, moedigde het aan en stond het bij tot zijn laatste cent. Zijn pas herstelde kerk werd vier maal beschoten. Hijzelf zaagde op het dak de brandende balken af. Zijn pastorie was vernield, maar moedig werkte hij verder. Zijn onderpastoor werd gedood aan zijn zijde. Met zijn gescheurde soutane, zijn lange blonde haren, zijn mager wezen, was hij dag en nacht op de baan. Andere moedige en goede burgers hadden hun best gedaan maar deze pastoor was het hoofd en de ziel van alles. Nooit had ik een man gekend die ik meer eerbiedigde en meer lief had. Wanneer de armoede hier op zijn hoogste was, smeekte en verkreeg hij een weinig hulp.

Dan kwam de vernieling en de ontruiming van de stad. Hijzelf, zoals iedereen moest de stad verlaten. Maar nauwelijks in Poperinge, verkreeg hij de gunst om in Ieper nog te mogen komen redden wat er te redden viel. Van mei tot augustus 1915 kwam hij regelmatig naar de stad en had Ieper nog enige kunstschatten kunnen redden. Grotendeels zijn werk. Vaak moest de pastoor door de brandende puinen heen. Vrees kende hij niet. Gedurende de hevigste beschietingen trok hij kalm in het midden van de straat, met zijn rozenkrans in de hand. Hij was telkens blij als hij iets uit de stad kon redden. 19 augustus 1915 was hier zijn laatste dag. De grote abri van de oude arme klaren werden ’s middags vernield. Honderd soldaten werden er gedood en de stad werd aan iedereen verboden.

De goede heer Delaere had al de kleine weeskinderen van de ongelukkige gedode burgers bijeen verzameld en voor hen zou hij zorgen. Hij stichtte zijn weeshuis te Wisques. Tijdens de oorlog kon hij nog enkele keren Ieper bezoeken en hij was gelukkig om zijn diensten te bewijzen aan de burgers van de stad.’

Ieder van ons kende zijn werk van na de oorlog. Hij was één van de eersten die terugkeerde en hier een reuzenwerk verrichtte. Ik vond dat de stad zo een groot en edel man moest herdenken en nu hij hier niet meer was, vroeg ik u dat het schepencollege zijn naam zou schenken aan een Ieperse straat en eveneens twee andere grote burgerhelden zou herdenken. Met name deken De Brouwer en de heer Stoffel en ook deze helden een straat te geven. Zo zouden we een Deken Delaerestraat, een Deken De Brouwerstraat en een Arthur Stoffelstraat hebben.

Dit is een fragment uit Boek 7 van De Grote Kroniek van Ieper

Article Categories:
1925-1945
banner